Willem Tjerkstra’s thússide

Archive for the Religy category

admin

Dienst van de aanraking

Religy
PDF Print E-mail
Dienst op 15 februari 2015 in Wolvega

1. Votum en groet

Image

Wij zijn hier vanmorgen bijeen
om geraakt te worden door verhalen
van eenzaamheid en genezing
om samen verder te leven.

Wij beleven deze dienst als gave van God,
de Schepper van hemel en aarde,
en als gave van Jezus Christus,
die uitzicht op genezing geeft,
en van de Heilige Geest,
die ons innerlijk verlicht.
Amen

Image
Piero Casentini

2. Zingen
Lied 20: 1 en 2

3. Gebed

Heer, wij danken voor onze ogen,
waarmee we om ons heen kunnen kijken
om van uw schepping te genieten
en zicht te hebben op wat in de wereld
beter kan en moet.

Wij bidden u voor een open innerlijk,
opdat we geraakt, bewogen worden
door het verdriet en de eenzaamheid
van onze naasten.

Wij danken u voor onze voeten
die kunnen lopen op weg naar de ander
om te delen in vreugde en verdriet.

Wij danken u voor onze handen
om uit te steken naar de mens
die steun in het leven nodig heeft.

Heer, wij danken u dat wij dromen mogen dromen
die ons bemoedigen, omdat ze verwijzen
naar een betere wereld, uw Koninkrijk.

Wij bidden voor hen die in een droomloze tijd verkeren
of geplaagd worden door de nachtmerries van ziekte,
verdriet, eenzaamheid en rouw.
Mag uw Koninkrijk voor hen oplichten, dat uitzicht biedt
op een leven in harmonie.
Amen

4.Zingen
Lied 20: 3 en 4

5. Inleiding

Wie heeft niet meer de beelden voor ogen van de dokters en verplegers in witte, isolerende pakken. Zij lijken meer op buitenaardse wezens dan op mensen. Witte wezens om zwarte mensen van de dood te redden. Het microscopisch kleine ebolavirus heeft ervoor gezorgd dat deze buitenaardse beelden ons voor ogen komen. Wat we niet kunnen zien, maar ondertussen wel weten, is dat de zieken onaanraakbaar zijn. Wie ze met blote handen aanraakt, loopt grote kans om zelf ziek te worden.
Met de modernste medische voorzieningen wordt geprobeerd om de ziekte te bestrijden. Gelukkig maar!

Image
Damiaan de Melaatse

Zo gelukkig waren ze niet in de Middeleeuwen. Toen de pest in 1348 uitbrak in Europa, moest men de zieke familieleden in de dagelijks kleren en met blote handen verplegen. De zwarte dood, zoals de pest ook wel werd genoemd, viel de blanken massaal aan. Wie door de pest onaanraakbaar was geworden, moest uiteindelijk wel aangeraakt worden, anders bleef de dode onbegraven liggen. Miljoenen zijn in enkele jaren aan de pest gestorven.

Het is vreselijk om door een besmettelijke ziekte geïsoleerd te worden, dat je onaanraakbaar bent. Je hebt geen contact meer met je familie en vrienden, maar toch… je wordt in onze moderne tijd verpleegd en er is kans op genezing en herstel van de normale contacten.

In India zijn miljoenen mensen onaanraakbaar, niet omdat ze aan een besmettelijke ziekte lijden. Ze behoren tot de laagste kaste, een groep mensen in de samenleving die als minderwaardig worden beschouwd. Zij worden geïsoleerd naar lichaam en geest. Er is geen mogelijkheid voor de onaanraakbaren om in het leven meer waard te worden.
Van ebola kun je genezen, maar van onaanraakbaarheid in India is geen herstel mogelijk.

We zullen in deze dienst meemaken dat de onaanraakbaren weer aangeraakt kunnen worden, omdat ze genezen zijn.

6. Zingen
Lied 20: 5 en 6

7. Lezen
2 Koningen 5, 1-15

8. Zingen
Lied van Naäman: 1, 2 en 3
Wijze: Lied 489 uit het Liedboek voor de kerken

Naäman was een krijgsheld
die roemrijk uit de oorlog kwam,
met rechte rug zat op zijn paard,
hij leefde toen van rijksgeld,
zijn functie was het waard.

Een karavaan met slaven
kwam met hem uit de oorlog mee,
uit Israël ook een slavin,
een meisje voor het laven
van alles naar zijn zin.

Het meisje zag zijn handen
en ook de wanhoop op ’t gezicht:
in Israël was een profeet
die hielp hem uit de schande,
het einde van zijn leed.

9. Verkondiging 1

Een kind nog maar, het meisje uit Israël, dat door de oorlog met Syrië van haar familie werd geïsoleerd. Ze werd als krijgsgevangene meegevoerd naar Damaskus. Wie weet wat ze onderweg heeft moeten meemaken aan geweld tegen vrouwen: aanranding of zelfs verkrachting door soldaten. Zo word je als vrouw en meisje op een afschuwelijke wijze aangeraakt.
Maar dat meisje zonder naam trof het in Damaskus, toen de hoofdstad van een machtig rijk, nu van een verscheurd land. Laten we haar Mirjam noemen. Mirjam was niet meer zo geïsoleerd als onderweg naar haar ballingschap. Hoewel ze slavin was in het huis van Naäman, werd ze door de vrouw van haar meester gezien. Ze kwam terecht voor het aanschijn van Naämans vrouw, staat in de Naardense bijbel. De vrouw liet haar licht schijnen op haar slavin en dat gaf perspectief. Maar Mirjam zag ook, ze zag dat de handen en het gezicht van haar meester wit waren geworden. Niet dat zijn innerlijk licht begon te schijnen, integendeel, hij was melaats. In een dubbele betekenis melaats, maar dat wist Mirjam nog niet. Ze was bekend met één betekenis: de witte kleur was een teken dat de handen zouden verschrompelen en op den duur afvallen. De tweede betekenis had zij onderweg wel ondervonden, namelijk dat de opperbevelhebber van het Syrische leger hoog te paard zat en neerkeek op de vrouwen en meisjes als seksslavinnen. Maar zij kon daaraan nog niet de betekenis geven dat de generaal in de ogen van God, de Ene, hoogmoedig was geworden. Naäman was altijd moedig geweest, hij wordt in de Bijbel zelfs een krijgsheld genoemd, maar zijn moed was hem uit het hart naar het hoofd gestegen. De witte plekken op zijn handen, die hij op de terugtocht om de vrouwen en meisjes had moeten slaan als bescherming, waren daarvan het teken.
Mirjam zag die witte plekken en ook hoe de afstand tussen Naäman en zijn vrienden en bekenden groter werd: de held raakte geïsoleerd. Er waren geen raakvlakken meer. Maar toen kwam slavin Mirjam, het meisje dat hij onderweg had moeten beschermen, dichterbij en raakte de ineenschrompelende held. Nee, zij raakte hem niet aan, zij zou niet durven! Niet omdat hij melaats was, maar het was haar meester, na de koning de hoogste autoriteit in het Syrische rijk. Zij raakte Naäman in het hart, datzelfde hart waaruit de moed naar het hoofd was gestegen. De hoogmoed zakte terug, want hij luisterde naar Mirjam toen zij de profeet in Israël ter sprake bracht, die door de kracht van de Ene haar meester van zijn melaatsheid kon genezen. Mirjam besefte toen nog niet dat dit in de dubbele betekenis van melaatsheid zou gebeuren, namelijk naar lichaam en geest.

Wij slaan de correspondentie, de briefwisseling tussen de beide koningen, over, want het is ons te doen om Naäman en zijn melaatsheid.

Naäman ging, hoog te paard, met een groot gevolg op reis, een karavaan beladen met schatten als bonus voor de mogelijke genezing. Hij bleef ook op zijn paard zitten voor de deur van de profeet. En de profeet bleef ook zitten, laag bij de grond achter de deur. Hij stuurde zijn knecht met het recept: zeven keer kopje-onder in de Jordaan.
Omdat hij nog hoog te paard zat, was de anti-held woedend. Moest hij afdalen naar een klein stinkriviertje, terwijl het water van de twee rivieren van Damascus bruisten van gezondheid?
Toch boog Naäman zijn hoofd langs de kop van zijn paard om op te vangen wat één van zijn ondergeschikten hem in het oor fluisterde, namelijk dat het recept van de profeet gemakkelijk in te nemen was en geen bijwerkingen had. Eenvoudig afdalen als tot in de dood en weer levend worden, maar die betekenis kon de ondergeschikte niet weten. Alleen het volk van de Ene had dat ondervonden toen ze na de woestijntocht door de Jordaan trokken.

Image
Cornelis Engbertsz.

En o wonder, nadat Naäman het hoofd zeven keer zover had gebogen dat het water erover spoelde, veranderde de witte doodskleur in de huidskleur als van een kind. Zeven keer ondergaan als teken van volledig je overgeven en volledig genezen worden.
Toen Naäman weer bij de profeet kwam met zijn geschenken, stapte hij van zijn paard en stonden ze op gelijke hoogte, van aanschijn tot aanschijn.

Wat zal Naäman op de terugtocht vaak naar zijn zuivere handen gekeken hebben. Geen wapen meer in zijn hand, de handen waren vrij geworden om aan te raken en te omhelzen. Dat heeft hij in Damaskus stellig gedaan bij zijn vrouw. En bij Mirjam? Geen denken aan dat zijn handen van haar als slavin misbruik hebben gemaakt. Hij liep op haar af en zij stonden van aanschijn tot aanschijn. Wat een licht zal er toen geschenen hebben!

10. Zingen
Lied van Naäman: 4, 5 en 6

Naäman liet zich raden
en ging op reis naar de profeet
met schatten op kameel en paard,
de tocht zou hem niet schaden,
genezing was het waard.

Maar de profeet bleef binnen,
de knecht kwam buiten met zijn woord:
in Israël stroomt de Jordaan,
wie ondergaat, zal winnen,
daar komt het heil vandaan.

Naäman liet zich raden,
nadat hij woedend was geweest,
genezing kwam na zeven keer,
hersteld was toen de schade,
de Ene kreeg de eer.

11. Lezen
Marcus 1, 40-45

Image
Jean-Marie Melchior Doze

12. Zingen
Lied van de eenzaamheid: 7, 8 en 9
Wijze: Tussentijds 5

Wie melaats was, stond er buiten,
ging bergafwaarts door het dal,
hoorde vogels niet meer fluiten,
liep door ’t leven zonder tal.

Ruggen konden hem nog raken,
handen wilden dat niet doen,
niemand zou ’t gebaar nog maken
van kom hier, voor jou een zoen.

Iemand heeft hij toen benaderd
die zijn diepste raken zou;
Jezus schonk hem ’t levenskader:
mensen zijn er ook voor jou.

13. Verkondiging 2

Galilea
Wat een verschil, de opperbevelhebber van het Syrische leger en de uitgestotende, zwervend door de verlaten streek van Galilea. Hij moet op afstand blijven, zelfs roepen als iemand per ongeluk bij hem in de buurt komt. De zwerver is niet om aan te zien met zijn leeuwenmasker. Nee, hij heeft geen masker voor, maar zijn gelaat is door de melaatsheid zo misvormd dat zijn gezicht het aanzien heeft gekregen van een leeuwenkop. Mensen die anders op de vlucht slaan voor een leeuw, nemen nu de benen voor de zwerver met een leeuwenkop. Geen gezicht en al helemaal niet om aan te raken. De man is gaan behoren tot de onaanraakbaren, onrein naar lichaam en geest, want zijn ziekte wordt ook nog eens gezien als straf van God.

In uiterste nood nadert de eenzame zwerver een andere eenzame. De een is naar de eenzaamheid gedreven door de gemeenschap, de ander heeft de eenzaamheid opgezocht voor het gebed om kracht. De twee eenzamen ontmoeten elkaar van aanschijn tot aanschijn. Er komt geen paard aan te pas. En ook geen knecht om een recept te brengen.
Jezus, de heelmaker, staat voor de zieke met de leeuwenkop, die zelf met lege handen de geloofstherapie aanreikt: ‘Als u wilt, kunt u mij rein maken.’
De heelmaker heeft maar één hand nodig, een hand die de onaanraakbare aanraakt, omdat hij geraakt is door zoveel geloof.
Is het dan geen wonder dat de heelmaker de geloofstherapie van hem aanneemt? Er volgt een wonder met de woorden: ‘Ik wil het, word rein.’

Image
Rembrandt

Dan valt het leeuwenmasker af, dat tegelijk het masker is dat de gemeenschap hem heeft opgezet, namelijk dat hij de straf van God had verdiend vanwege zijn verkeerde levenswandel. De gemeenschap had er zelf voor gezorgd dat hij zijn leven lang moest wandelen, nog erger… zwerven in eenzaamheid als onaanraakbare.
Jezus, de heelmaker naar lichaam en geest, kent de bevrijder uit het verleden, Mozes, die in de wet heeft voorgeschreven dat de priester voor een soort nacontrole er aan te pas moet komen: ook al ben je het leeuwenmasker kwijt, de priester moet als vertegenwoordiger van de Allerhoogste Heelmaker zijn aanschijn over de genezene laten lichten. En o wonder, zij staan van aanschijn tot aanschijn. Wat een licht moet er geschenen hebben!

Wolvega
Van Galilea naar Wolvega
Zijn er in Wolvega melaatsen?
Zijn er in Wolvega zwervers?
In Sneek kom ik elke dag twee tegen.
De ene loopt de hele dag met een tas over het schouder door de stad, koopt bij Albert Heijn een paar flesjes frisdrank en vervolgt glimlachend zijn weg tot de avond, want dan kiest hij voor een dak boven zijn hoofd. Hij is aan de buitenkant gelukkig.
De ander gaat van bank naar bank en brengt met een grimmig gezicht, als van een leeuw,  zittend de dag door. Als je hem groet, krijg je geen reactie, hij is niet benaderbaar. Wie weet welke gevoelens achter zijn masker woelen?
Ik ben geen heelmaker naar lichaam en geest, maar verplaats mezelf soms van de straten in Sneek naar de eenzaamheid van Galilea. Zijn de zwervers in onze huidige steden melaats, onaanraakbaar? En de asielzoekers? Worden wij door hun situatie geraakt? En hoe reageren wij dan?

Zijn er in Wolvega kinderen die geïsoleerd leven?
Tientallen is het vermoeden. Niet alleen in gezinnen waar zij weinig aandacht krijgen, meer nog op scholen en via Twitter en Facebook. Hoeveel pubers zouden elke dag met angst in de schoenen neer het Lindecollege gaan, omdat de kans groot is dat ze weer gepest worden. Zij worden geraakt met woorden en daden die diepe wonden in hun innerlijk slaan. De medescholieren beschouwen hen als geestelijk melaats.
Gelukkig zijn zij als er dan een heelmaat is die voor hen opkomt, die het bange masker aftrekt, zodat ze weer in de gemeenschap kunnen leven. Want zo heeft de Grote Heelmeester het leven bedoeld: een samenleving in harmonie.
Amen

14. Orgelspel

15. Zingen
Lied van de eenzaamheid: 1, 2, 3, 4, 5 en 6

Wie op aarde wordt geboren,
loopt in ’t leven niet alleen,
hij wil bij de ander horen,
zij wil mensen om zich heen.

Zo ontstaat een samenleving,
woorden gaan van mens tot mens:
eerst het kwetsen, dan vergeving,
maar nog eerder ’t woord als wens.

Raakt men uit het samen leven,
klinkt door stilte heen geen stem,
wie zal dan het antwoord geven
op de vraag van haar of hem?

Ziekte laat de stilte vallen,
geeft de echo als geluid,
rekent niet meer met getallen,
want met één is het wel uit.

Wie gepest wordt, is verstoten
naar het land dat ‘Eenzaam’ heet,
dwergje tussen al die groten,
waarmee hij zich niet meer meet.

Als de zwakke wordt benaderd
door de Mens die redden zal,
dan schenkt Hij het levenskader:
mensen tussen berg en dal.

Image

16. Onze Vader

17. Zingen
Lied 330: 1, 2 en 3

18. Zegen

Laten we nadat we aangeraakt zijn
op weg gaan naar een leven van
delen in vreugde en verdriet.

Laat de zegen van God ons daarbij verlichten,
laat de liefde van Christus ons begeleiden
en laat de Heilige Geest ons inspireren om vol te houden.

19. Zingen
Lied 456: 3

Image

admin

Liet fan de romte

Religy
PDF Print E-mail
Wize: Tuskentiden 5

Image

Sinne, moanne en de stjerren,
alles past yn it hielal,
romte amper te ferklearjen,
net te tellen is it tal.

Ierde yn de kosmos draaiend
om de sinne yn in jier,
minsken yn de romte baaiend,
kimen lizze withoefier.

Minske, sjoch dysels fan binnen,
romte as in nij hielal,
folje dy mei stjer en sinne,
dan sil ’t strielje fan dyn stal.

Rint de romte fol mei noeden,
wurdt it faaie libben dreech,
komt it kwea yn ’t plak fan ’t goede,
meitsje dan de romte leech.

Komt in oanfal fan de kweade,
kin de geast it net mear oan,
skaait it libben nei de deaden,
dan glydt hjoed net mear nei moarn.

Minsken yn de synagoge
hearden ’t razen fan in geast
yn de keardel dy’t net doogde,
’t wie in tastân op it nearst.

Jezus rôp de geast nei bûten,
romte as in nij hielal
hat de sinne doe begroete,
strielen skeaten fan syn stal.

Image

Sjoch ek: Religy Tsjinst fan it inerlik

Archieven

Zoeken

  • Categorie

  • Datum